Recensie | Ted van Lieshout — Mijn meneer
Ted van Lieshout (1955) is een Nederlandse schrijver, dichter en beeldend kunstenaar. Van Lieshout schrijft kinder- en jeugdliteratuur*, maar ook voor de televisie en toneel. In november 2012 verscheen zijn eerste volwassenenroman, Mijn meneer. In de documentaire ‘Ik zal u naam niet noemen’ van Arno Kranenborg kom je meer te weten over het schrijfproces van dit boek.
Mijn meneer is een boek over pedofilie, voor een deel geïnspireerd op Van Lieshouts eigen jeugdervaringen: als jongen had hij omgang met een pedofiele man. In Mijn meneer schrijft het elfjarige jongetje Ted in achttien openhartige brieven aan Maria hoe hij in contact komt met een meneer, en hoe zij een relatie krijgen. De structuur en het vertelperspectief van het boek zijn goed gekozen; Ted vertelt kinderlijk naïef hoe de onmogelijke relatie zich gaandeweg ontwikkelt, zonder een standpunt in te nemen. Natuurlijk ontkom je er als betrokken lezer niet aan om je mening te vormen. Maar je begrijpt Ted heel goed: zijn meneer is geen kinderlokker die hem van de fiets de struiken in heeft getrokken, maar een vriendelijke man die hem overlaadt met aandacht en complimenten. Welk kind wil niet bijzonder gevonden worden?
De lezer merkt al snel dat er iets niet klopt. De vriendschap verandert in een intieme, seksuele relatie. Het is beangstigend hoe geraffineerd de meneer te werk gaat (hij weet zelfs Teds achterdochtige moeder voor zich te winnen). Ted is een vroegrijpe jongen en nieuwsgierig, daar maakt de meneer misbruik van. Enkele passages zijn behoorlijk expliciet en schokkend. Langzamerhand begint Ted te twijfelen.
Maria, ik kan niet slapen en daarom ben ik weer uit bed gekomen. Er zijn zoveel gedachten in mijn hoofd en ik weet niet hoe ik ze op een rijtje kan krijgen. (…) Er is de laatste tijd veel gebeurd. Ik bedoel meneer. Ik dacht dat ik wist waarom wij vrienden werden. Ik dacht dat hij mij uitgekozen had omdat hij mij speciaal vond. Maar ik weet dat niet meer zo zeker. Ik twijfel de laatste tijd zo erg dat mijn denken er bibberig van is geworden. Ik weet namelijk dat er volwassenen zijn die kinderen lief en aardig en mooi vinden om andere redenen dan gewone. En nu vraag ik mij af of meneer het misschien leuker vindt dat ik een kind ben dan dat ik Ted ben. Begrijpt u dat, Maria? Ik zou nooit zo gemeen zijn om te denken dat hij een kinderlokker is, want daarvoor is hij veel te aardig. Maar het is niet normaal wat wij hebben gedaan, dat weet ik heus wel. Het is zelfs verboden. Wat als de politie erachter kwam?
De roman is maatschappelijk relevant. Het is een antwoord op de heersende opvattingen over pedofielen. Van Lieshout wilde dan ook een bijdrage leveren aan de discussie hierover. Het boek eindigt met de laatste brief aan Maria, waarin Ted vertelt hoe hij – aarzelend – afscheid neemt van zijn meneer. Van Lieshout voelde zich kennelijk genoodzaakt een Nawoord te schrijven, om stelling te nemen. Hij vindt dat wat hem in zijn jeugd overkomen is, verkeerd was en dat de man in kwestie niet het risico had mogen nemen dat hij beschadigd zou raken. Toch heeft Van Lieshout geen spijt van de relatie. Misschien dat hij daarom ook de identiteit van de man verborgen wil houden. Van Lieshout was bij Pauw & Witteman te gast om over Mijn meneer te vertellen.
* Kortgeleden las ik Gebr. (1996), een boek dat in de bibliotheek van mijn christelijke middelbare school niet te vinden was. In Gebr. vraagt de zestienjarige Luuk zich af of hij nog wel broer kan zijn nadat zijn jongere broer Marius overleden is. Marius laat een dagboek na waardoor Luuk geconfronteerd wordt met zichzelf. Wat Marius al over hem wist, probeert Luuk nog te verbergen. Namelijk dat hij meer van jongens houdt dan van meisjes. Gebr. is bekroond met de Zilveren Zoen 1997 en werd in tien talen vertaald.
5 comments