Recensie | Pauline Broekema — Het Boschhuis
Over een enorme bruine koffer boordevol brieven, documenten en foto’s zei de moeder van NOS-verslaggeefster Pauline Broekema: ‘Daar moet jij later iets mee doen. Ik kom uit een bijzondere familie.’ Pas na haar moeders overlijden opende Pauline Broekema deze koffer en ging ze het familiearchief onderzoeken. Het werd een ontdekkingsreis én een zoektocht naar haar moeder.
In Het Boschhuis (2014) komen verschillende tijdperken tot leven. Zoals het verhaal achter Broekema’s oom Pieter, die in november 1944 op 23-jarige leeftijd door de bezetter werd gefusilleerd. En verder de geschiedenis in: het levensverhaal van overgrootvader Frans Jan ter Beek, tabaksplanter in Indië, die in 1873 boerendochter Jannetje ‘met de handschoen trouwde’. Hoe waren zijn pioniersjaren in Deli? En hoe zag hij Amsterdam opbloeien toen hij teruggekeerd was naar Holland? Ik heb erg genoten van hoe Broekema zijn verhaal heeft uitgediept.
Juul, de opa van Broekema was een idealistische fabrikant die leefde in de jaren dertig van de vorige eeuw. Getrouwd met Jane betrok hij het Boschhuis in Bilthoven waar allerlei interessante mensen langskwamen, onder anderen de pedagoog Kees Boeke en zijn volgelingen. Juul zet zich enorm in voor Boeke en zijn idealen, maar lijkt daarbij soms zijn gezin uit het oog te verliezen. Deze episode vond ik wat minder, ook dwaalde de schrijfster naar mijn idee soms te ver van haar familie af: er kwamen allerlei personen ter sprake die nauwelijks meer van doen hadden met de familie zelf.
En dan volgt dus nog het droevige verhaal van Pieter, de broer van Pauline Broekema’s moeder. Zijn dood heeft uiteraard sporen nagelaten in de familie. Pieter werd herinnerd als een verzetsheld, maar klopt dit beeld wel? Broekema zoekt uit wat hem dreef tot zijn daden. En ze werpt de pijnlijke vraag op of hij niet domweg te veel risico heeft genomen. Een heel aangrijpende geschiedenis die de schrijfster tot in detail vertelt.
Deze familiekroniek neemt de lezer mee in verschillende periodes van de Nederlandse geschiedenis en leert ons veel over hoe mensen handelen. Broekema schrijft beeldend en indringend. Vooral het eerste gedeelte, waarbij Broekema noodgedwongen haar fantasie gebruikt, vond ik prachtig. Vreemd genoeg werden sommige passages in het boek bijna letterlijk herhaald, zat de redacteur soms te slapen? Ik denk dat het boek sowieso beter was geworden als het minstens honderd pagina’s dunner was geweest. Dat neemt niet weg dat ik Het Boschhuis van harte aanraad!